Een belangrijke boodschap van formatief evalueren die ik uit de literatuur mee neem in mijn lessen is dat ik niet al mijn leerdoelen hoef te toetsen in een schriftelijke vorm. Vanuit die gedachte hebben wij aan alle klassen een setje A,B,C,D kaarten gegeven en een setje met drie kleuren: rood, oranje en groen. (geplastificeerd dus daarmee bruikbaar voor 3 a 4 jaar)

kleurenkaartjes
Veel leraren gebruiken ‘verkeerslichten’ om leerlingen te activeren als eigenaar van hun leerproces. Aan het begin van de les deelt de leraar de leerintenties en eventuele bijbehoren succescriteria met de leerlingen. Aan het einde van de les moeten leerlingen evalueren in hoeverre zij de leerintentie hebben bereikt. Cijfers geven werkt niet: Dylan William.
Mijn belangrijkste doelen zijn dat leerlingen zich meer eigenaar voelen van hun leerproces en dat ze mijn leerdoelen verwerken. Met deze sleutelhanger ervaar ik na een test van 4 lessen in twee klassen (2 mavo/havo) dat beide doelen zijn geslaagd. Ik had als leerdoel dat leerlingen kennis maakten met meerdere absolute vorsten in Europa. Zo had ik Lodewijk XIV en Karel I als onderwerpen. Ik vertelde over hun manier van regeren en ik sloot elke vorst af met een drietal meerkeuzevragen. Hiervoor moesten ze hun A,B,C,D kaarten gebruiken. Ik benoemde ook heel specifiek dat ik met deze vorm van testen van hun kennis en inzicht echt een vervanging zocht voor de traditionele toetsen. Ik had zorgvuldig nagedacht over de vragen in mijn voorbereiding omdat ik in het boek van Dylan William had gelezen dat je zelden ad hoc in de les goede vragen kunt bedenken voor de klas die de dekking laden van de stof. Mijn leerlingen deden actief mee. Dit kwam denk ik vooral omdat ik echt de tijd heb genomen om uit te leggen aan mijn klassen waarom we op deze manier werken. Elke les startte ik opnieuw met herhaling van de meerkeuze vragen van die les ervoor. Wat is er blijven hangen. En het waren geen makkelijke onderwerpen. Begrippen als autocratie passeerden de revue maar alle leerlingen konden het ook de les erna in de vragen reproduceren. Afkijken bij elkaar is bijna niet mogelijk. De kaartjes zijn niet erg groot en naar mij gericht.
Het doel van de kleurenkaarten is dat wij voor alle leerlingen kunnen zien of ze het begrijpen. Ik kreeg vandaag nog een mailtje van een moeder van een leerling dat haar zoon geen vragen durfde te stellen omdat hij bang was voor de reactie van klasgenoten. Hierdoor besefte ik des te meer dat ik een laagdrempelige manier nodig heb voor leerlingen om aan te geven als ze het niet begrijpen. Wanneer ze op groen staan geven ze aan het te begrijpen (iets wat ik nog kan testen door het stellen van vragen met de A,B,C,D) kaarten. Bij oranje twijfelen ze over een aantal zaken en bij rood snappen ze het niet meer. In de les of die erna kan ik de groene kaarten (leerlingen) koppelen aan de oranjes kaarten voor extra instructie. En kan ik zelf de rode club leerlingen extra instructie geven. Al deze zaken hebben voor mij tot doel om minder verrassingen te krijgen op toetsen. Ik zeg ook tegen leerlingen dat ik oprecht niet kan zien wat er in hun hoofden afspeelt als ik uitleg geef. Wellicht denken ze wel aan de nieuwe level van Fortnite en ik maar denken dat ze het echt snappen, want ze kijken zo geïnteresseerd. Volgende week ga ik de kleuren testen als ik de Griekse samenleving ga uitleggen. Wordt vervolgd…
Heb je interesse in een klassenset met sleutelhangers dan kun je die hier kopen.