Zoals velen van jullie die deze blogs lezen geven jullie inmiddels heel wat weken les op afstand. Ik mis mijn leerlingen ontzettend en ik ben tegelijkertijd wel trots op de ontwikkeling die wij als school en collega’s hebben gemaakt. Ik zal allereerst vertellen hoe wij als school het afstandsleren hebben vormgegeven.
Onze basis (ELO) is It’s Learning. In onze planners staat nog uitgebreider wat de leerling moet doen. Ik probeer volgens de complete instructie (Martie Slooter: De vijf rollen van de leraar) mijn planners te vullen met daarbij de benodigde leerstof. Zo heb ik foto’s van atlasbladen toegevoegd en waar nodig instructie filmpjes (van mij of van mijn stagiaires van Teacher College). Daarnaast communiceer ik zoveel waar mogelijk met mijn leerlingen. Via de mail op It’s Learning communiceer ik met mijn leerlingen over mijn vak. En via de telefoon of met Teams met 1 of meerdere mentorleerlingen. Als collega voeren wij iedere week in Som bij notities in hoe onze leerlingen het doen en of ze bijlopen. Deze informatie gebruik ik als mentor wanneer ik met mijn leerlingen in gesprek ben. Ook geef ik 1 keer per week les via Teams aan mijn klassen.

Dit is dan allemaal de “zakelijke” kant van het lesgeven op het moment. Ik ben tevreden over hoe we het nu vormgeven. Natuurlijk kennen we ook opstartproblemen, maar ik heb op deze manier mijn leerlingen goed in het vizier. Het motto van onze school: “beter minder maar goed” werkt goed. Dat zie ik ook bij mijn twee oudste zoons (die bij mij op school zitten). Zij hebben voldoende werk om 2 keer 2 uur per dag bezig te zijn met school zonder dat ze overvraagd worden.
Maar dan nu de emotionele kant van dit “nieuwe schoolleven”. Want hoe ga je vervolgens om met leerlingen die het niet redden? Als ik zelf af en toe de wereld even niet meer snap hoe moet dit dan voor kinderen zijn? En dan heb ik nog het geluk geen ziekte te kennen bij mijn naasten. Hoe ga je om als docent/ mentor met leerlingen die angst voelen of verdriet omdat bijv. een opa/oma ziek is of is overleden. Wat werkt dan en wat zal voor leerlingen alleen maar demotiverend werken? En dan zijn er ook nog leerlingen die niet de juiste thuissituatie hebben om goed aan het werk te kunnen. Al met al een hoop vragen die ik ervaar in deze nieuwe situatie waarbij de belangrijkste sleutel zit in de component contact met je leerlingen.
Ik denk wel dat het goed is voor leerlingen (en onszelf) om in een leerritme te blijven. En dan als docent de successen van de leerlingen uitgebreid te vieren en de positieve feedback met zoveel mogelijke positieve krachttermen over te brengen. En wanneer het niet lukt altijd de vraag te stellen; wat heb je nodig om deze opdracht toch te kunnen doen? Ik heb mij vanaf mijn laptop regelmatig positief verwonderd over mijn leerlingen. Over wat ze toch allemaal voor elkaar krijgen op afstand.
Zo probeer ik toch waar het kan formatieve evaluatie in te zetten bij het afstandsleren. Bij mijn opdracht over landschappen heb ik “peerfeedback” ingezet. Vraag aan een klasgenoot feedback over je powerpoint. Niet iedere leerling lukt dit, maar ik heb toch al mooie feedback gelezen over elkaar. Zo blijven ze ook in contact met elkaar maar blijven ook in de modus dat je leren effectiever wordt wanneer je open staat voor de tips en tops van anderen. Ook heb ik een Kahoot ingezet in mijn Teams les (met wat hulp van mijn zoon om het voor elkaar te krijgen). In eerste instantie met als doel om mijn leerlingen actief mee te laten doen met mijn les (het was een topografie Kahoot gemaakt door mijn stagiaires). Na de vakantie zet ik de Kahoot formatief in om te kijken of mijn uitleg is geland. De vragen die door meerdere leerlingen minder goed zijn gemaakt geef ik dan extra aandacht.
Al met al een blijvende zoektocht. Ik zal blij zijn als ik weer voor de klas mag staan en ook het gesprek mag voeren met mijn leerlingen hoe ze het allemaal hebben ervaren. En tot die tijd probeer ik toch maar te kijken naar de kleine succesjes. Al is het een gesprek in Teams met een mentor leerling waarin we bespreken wat voor nieuw behang hij zal kiezen op zijn kamer.