Deze week heb ik in meerdere lessen een experiment gedaan met stille stellingen van 5 minuten formatief. Ik heb het twee keer gebruikt in mijn mentor les en daarna een aangepaste vorm tijdens mijn les Mens en Maatschappij.
Tijdens mijn mentor les wilde ik het onderwerp mobiele telefoon aankaarten. Maar ditmaal niet meteen op een belerende toon: “je mag geen mobiele telefoon in de klas”. Maar in gesprek met mijn leerlingen. Ik had een stelling op het bord gezet: “Leerlingen mogen altijd hun mobiele telefoon in de klas hebben.”. Daarna konden ze op twee White borden waar Voor en Tegen op stond in stilte reageren door op te schrijven wat ze er van vonden. Het mooie van deze opzet was dat ook mijn stille leerlingen naar het bord kwamen en lieten zien wat ze er van vonden. Op het bord stonden voor- en nadelen. Maar over het algemeen was in de klas wel de overtuiging dat een mobiele telefoon voor afleiding kon zorgen, maar soms ook handig is om snel iets op te zoeken. Sommige leerlingen gaven aan hun grenzen goed te kennen en anderen weten van zichzelf dat de verleiding iets anders te doen groot is. Dus af en toe mag, maar wel met de grenzen van de docent was de conclusie.
Mijn leerlingen gaven aan het fijn te vinden en vroegen om een stelling met meer diepgang ( nieuwswaarde). De les erna was mijn stelling: “Ajax is verantwoordelijk voor wat Nouri is overkomen.”. Hiervoor had ik een stukje laten zien van het jeugdjournaal van deze week over de berichtgeving. Ook hier weer een Voor en Tegen bord gemaakt en mijn leerlingen gingen 5 minuten in stilte naar het bord om hun mening te geven. Leerlingen keken naar het bord wat iedereen opschreef. Ook nu weer een grotere groep leerlingen die van zich lieten horen. Dit is wat mij betreft ook meteen de meerwaarde van deze werkvorm. Ik weet nu veel beter wat mijn leerlingen denken. Had ik een andere opzet gekozen dan had ik alleen gelet op de leerlingen die hun vinger omhoog houden. Na deze 5 minuten in stilte het gesprek er verder over gevoerd. Het werd een mooi en open gesprek en door de start met stilte was de sfeer daarna ook meteen rustiger.
Nu meet ik met deze stellingen in mijn mentor les niet persé hun kennis als wel hun vaardigheid om hun mening te delen en na te denken over actuele onderwerpen. Nu wilde ik deze werkvorm inbedden in mijn lessen Mens en Maatschappij. Nu had ik een nieuw onderwerp over de 80-jarige oorlog nog maar 1 keer geïntroduceerd. Een stelling leek mij nu nog te vroeg omdat ik verwachtte dat ik dan niet alle leerlingen mee kreeg. Ik heb daarom gevraagd aan mijn leerlingen om terug te gaan naar de vorige les waar ik het onderwerp introduceerde. Ik had weer 2 whiteboard stiften neergelegd en ze uitgenodigd op te schrijven in stilte wat ze nog wisten. In het begin bleef het rustig. Maar toen eenmaal er wat namen (Willem van Oranje, Alva) en begrippen (ketters, katholieken) op het bord stonden, ontstond er een sneeuwbaleffect. Er werden allerlei denkprocessen geactiveerd door wat ze zagen van hun medeleerlingen. Sommige leerlingen gingen “spieken” bij de aantekeningen die ze moesten maken de vorige les. Iets wat ik natuurlijk helemaal prima vond. Voorkennis werd geactiveerd en het “oh ja” ontstond bij mijn leerlingen.
Al met al een kleine aanpassing (stilte en op het bord laten schrijven) in mijn lessen met een bijzonder resultaat. Namelijk dat ik een beter beeld heb van een groter deel van mijn groep wat ze kunnen en weten. Iets wat goed aansluit bij de formatieve vorm van werken.